Het Joods Trilemma en de Onheilige Alliantie 2025
Johannes Bongers
Toen Hannah Arendt in 1951 haar monumentale The Origins of Totalitarianism publiceerde, opende zij met het boekdeel Antisemitisme. Dit deel werd recent door de Amerikaanse historicus Mark Mazower, in zijn Over Antisemitisme, de geschiedenis van een woord, “een van de meest voortreffelijke boeken over het onderwerp antisemitisme” genoemd.
Het kernhoofdstuk in dat boekdeel draagt de titel De Joden, de natiestaat en het antisemitisme. Hannah Arendt kon, zo kort na de oprichting van de staat Israël, niet bevroeden dat precies dit drietal – De Joden, de natiestaat en het antisemitisme – de bouwstenen zou vormen van een moderne etnostaat. Wat Arendt nog beschreef als een historische constellatie van de negentiende en vroege twintigste eeuw, werd vanaf 1948 een blauwdruk voor de toekomst: een structurele driehoek.
Israël werd de eerste staat die expliciet is ontworpen rond deze driehoek: Jodendom als identiteit, zionisme als nationale ideologie, en antisemitisme als permanente vijandschap. Daarmee werd een structuur in de wereld gebracht die meer was dan nationale zelfbescherming. Het bleek een nieuwe identiteitspolitieke logica die niet draait op openheid maar op uitsluiting; niet op verschil maar op gelijkschakeling; niet op diversiteit maar op voortdurende bevestiging van het zelf tegenover een ander.
Het Joods Trilemma
Deze logica vormt het hart van wat ik het Joods Trilemma noem. Het Joods Trilemma werkt als een gesloten systeem waarin Jodendom, zionisme en antisemitisme elkaar in een dodelijke driehoek vasthouden. Wat deze structuur onderscheidt, is dat er geen buitenpositie mogelijk is: elke uitspraak, elk gebaar, elke vorm van kritiek wordt onmiddellijk geabsorbeerd en gehercodeerd. Het is zowel een semantische, discursieve, religieuze als een politieke kerker.
Wie zich als Jood kritisch uitlaat over Israël, wordt weggezet als antisemiet of als verrader van de eigen gemeenschap. Wie antisemitisme bestrijdt maar tegelijk het Palestijnse verzet erkent, wordt beschuldigd van steun aan terreur. Wie zich tegen zionisme keert, wordt zowel tot antisemiet als tot vijand van het Jodendom verklaard. Ook Joodse anti-zionisten of niet-etnocentrische zionisten worden terug opgezogen in het trilemma. En ook Joden in de diaspora worden via Israël-bindingstechnieken in het trilemma opgesloten. Het trilemma herordent elke mogelijke positie zodanig dat zij slechts binnen de gesloten logica kan functioneren. Daarmee is er geen ontsnappen: geen alternatief, geen buiten.
De Paradox van de Palestijn
Juist in dat niet-buiten wordt duidelijk waarom de Palestijn het onmisbare middelpunt vormt. Hij is de figuur waarop de driehoek samenkomt: de interne niet-zijnde, noodzakelijk om de structuur te bevestigen maar tegelijk uitgesloten van menselijkheid en politieke subjectiviteit. De Palestijn moet bestaan om te worden ontkend, en hij moet worden ontkend om het identiteitssysteem bijeen te houden. Dat is de ‘Paradox van de Palestijn’: hij wordt gevangengehouden in een situatie van being and non-being, van leven en dood tegelijk.
In de logica van het trilemma wordt zijn verzet hergecodeerd tot terrorisme, zijn bestaan tot bedreiging, zijn dood tot collateral damage. Daarmee laat het Joods Trilemma zien dat Israël niet functioneert als een normale staat in conflict, maar als een systeem dat zichzelf enkel in stand kan houden door de ander steeds opnieuw zichtbaar te maken als vijand en onzichtbaar als subject.
Het trilemma werkt dus niet alleen als beschrijving van een ideologische situatie, maar als een machine die alle stemmen en posities naar binnen zuigt en ze herschrijft in termen van vijandschap. Het is een model zonder toekomst, omdat het alleen ‘zichzelf’ kan reproduceren en niets nieuws kan scheppen. De massieve wereldwijde Israël-lobby zorgt ervoor dat dit trilemma permanent geladen blijft.
Onheilige Alliantie 2025
Wanneer dit trilemma en de Israël-lobby zichtbaar worden, begrijpen we ook hoe het verbonden is met wat ik de Onheilige Alliantie 2025 noem. De Onheilige Alliantie 2025 is een geopolitiek monsterverbond dat niet langer op gedeelde idealen is gebouwd maar op gedeeld vijandschap. Israël is dus niet slechts een unieke nationale aberratie, maar de voorloper van een bredere constellatie waarin identiteit, ideologie en vijandschap de fundamentele bouwstenen van politiek zijn geworden.
In het Westen is deze alliantie in enkele jaren tijd enorm sterk geworden – Trump II is erop gebouwd met Project 2025 en Project Esther – en ook Nederland vormt daarvan een scherp voorbeeld.
Hier vallen historische lijnen samen: de Holocaustschuld die niet in rouw maar in loyaliteit aan Israël werd omgezet; de koloniale trots die nooit verdwenen is en die in steun voor Israël een nieuwe vorm vindt; de oriëntalistische traditie die Palestijnen reduceert tot primitieve figuren; en de economische belangen die Nederland tot de grootste Europese investeerder in Israël maakten. Al deze lijnen kruisen zich in een logica waarin ‘de Ander’ structureel buitengesloten wordt en tegelijk onmisbaar is om de eigen identiteit, ideologie en vijandschap te bevestigen.
De structuur keert naar binnen
Vanaf de tweede helft van de twintigste eeuw keerde die historische structuur naar binnen. De moslim in Nederland nam de plaats van de Palestijn in: hij werd de noodzakelijke buitengeslotene die de nationale identiteit bevestigt door als bedreiging te worden voorgesteld. Eerst in de figuur van de ‘gastarbeider’, later in de gestolde categorie van ‘de moslim’, ‘de migrant’, ‘de Ander’, werd een groep geconstrueerd die permanent aanwezig moet zijn als gevaar en tegelijk buitengesloten wordt als burger.
De Paradox van de Palestijn en de Paradox van de Moslim komen hier samen: beiden wonen in de leegte van het systeem, beiden worden bevestigd om te kunnen worden ontkend. Hier wordt de Onheilige Alliantie 2025 concreet. Identiteit wordt opgevoerd als ‘Nederlanderschap’, ‘volk’ of ‘joods-christelijke beschaving’; ideologie als “vrijheid”; en vijandschap als anti-Islam, tegen pro-Palestina, links, woke, enzovoort.
Het is geen toeval dat de opkomst van Geert Wilders juist in Nederland zo krachtig is. Zijn project van uitsluiting is niets anders dan de Haagse afdeling van deze alliantie: een etnostaat die zichzelf wil vestigen door de moslim en de migrant in dezelfde leegte te duwen die de Palestijn in Israël al langer bewoont. Wilders heeft in korte tijd de vele bronnen van diversiteit vervuild en, dankzij Yesilgöz op rechts, al bijna driekwart van de Nederlanders in deze ideologie opgenomen. Massamedia, die altijd de status quo reproduceren, dragen hier dagelijks aan bij.
Leegte als kern
Het Joods Trilemma en de Onheilige Alliantie 2025 grijpen zo in elkaar. Het eerste laat zien hoe Jodendom, zionisme en antisemitisme elkaar gevangenhouden. Het tweede toont hoe identiteit, ideologie en vijandschap wereldwijd de grammatica van politiek zijn geworden, en hoe de moslim in Europa en Nederland dezelfde rol vervult als de Palestijn in Israël. Samen laten ze zien dat de kern van deze structuren leegte is: een afwezigheid die steeds opnieuw bevestigd moet worden om te kunnen worden ontkend.
Het is die pijnlijke leegte waarin de Palestijn leeft, en waarin de moslim in Nederland wordt geduwd – de lege kern waaruit Israël zichzelf produceert en waaruit de Onheilige Alliantie 2025 vandaag haar kracht put. Daarom is er vandaag niets subversievers dan pro-Palestijns, islamitisch of pan-ecologisch verzet, dat deze lege kern vult met diversiteit van geest, gemeenschap en milieu, en het heden opent voor nieuwheid.
Johannes Bongers, 19.08.2025 @ 07:32