Sander Schimmelpenninck en de domheid
Peter Breedveld

Illustratie: Enoch Bolles.
In een NRC-bespreking van Sander Schimmelpennincks De Domheid Regeert klaagt Jeroen van der Kris over de toon van het boek. ‘Vervang het woord ‘domheid’ door ‘desinformatie’ en er staat precies hetzelfde, maar op een minder provocerende manier’, schrijft hij over een bepaalde passage. Ik erger me dood aan al die toonpolities, maar Van der Kris heeft wel een punt.
De Domheid Regeert gaat inderdaad niet zozeer over domheid als wel over desinformatie. Bij Schimmelpenninck is domheid ook helemaal niet dom maar ergens juist slim. De ondertitel van zijn boek luidt: ‘Hoe Opzettelijke Onwetendheid Een Politieke Strategie Werd’. Het komt erop neer dat volgens Schimmelpenninck mensen niet echt dom zijn, dus onintelligent, maar domheid veinzen om er macht (domrechtse politici) of geld (Facebook, Twitter etc.) mee te verwerven. Hij behandelt ook de domheid van complotgekkies, maar ook die lijden volgens hem aan tijdelijke domheid, een verslaving, veroorzaakt door sociale media.
Militante onwetendheid
Dat is niet helemaal mijn opvatting van wat domheid is, al geloof ik wel dat domheid een keuze is. In zijn voorwoord schrijft Schimmelpenninck dat ik het al jaren gebruikte voor hij ermee begon, waarvoor dank, maar ik heb het echt gemunt. Er is iemand van de website Krapuul die claimt het woord al eerder te hebben gebruikt en dat kan – het is niet een heel spitsvondig woord -, maar ik heb het altijd consequent gebruikt om de dictatuur mee te duiden waar Nederland nu onder zucht. Ik gebruik ook de term extreemrechts – Schimmelpenninck niet, want dan zou je volgens hem bijna een derde van het electoraat zo noemen, wat voor mij geen enkel probleem is -, maar dat is niet dezelfde deelverzameling. Domrechts en extreemrechts overlappen elkaar wel.
Toch meen ik dat Schimmelpennincks definitie van domheid raakvlakken heeft met die van mij, en af en toe meen ik hem in zijn boek ook te betrappen op kleine inconsequenties, waaruit blijkt dat hij de domheid van sommige mensen helemaal niet geveinsd lijkt te vinden. De onderbouwing die hij geeft voor de stelling dat George Bush Junior niet echt dom is, overtuigt mij niet. Ja, Bush heeft aan Yale gestudeerd, maar voor iemand uit de elite is Yale een stuk toegankelijker dan voor de rest en dat heeft meer te maken met geld en macht dan met een aanleg voor leren. Bush Junior heeft toch best veel dingen gedaan en gezegd die getuigen van zijn onbenul, bijvoorbeeld dat in Mexico “Mexicaans” gesproken wordt en meer van die zaken die getuigen van een totale en bijna militante onwetendheid van de wereld buiten de grenzen van de VS. Voor mij is dat één van de sterkste aanwijzingen van domheid: een algeheel gebrek aan belangstelling voor de wereld buiten de eigen bubbel.
Wat Nederland betreft: Caroline van der Plas is oprecht zo dom als een varken, daar ben ik van overtuigd. Haar partijgenoot Henk Vermeer is zo mogelijk nog dommer. Dat is echt niet gespeeld. Deze mensen hebben de geslepenheid van wonderolieverkopers, maar niet het overzicht dat nodig is om te beseffen hoeveel schade ze aanrichten. Wilders is een domme schoolpleinbully, niet in staat tot enig denkwerk, continu in de overlevingsstand. Annabel Nanninga en Joost Eerdmans zijn van die types die op school pochten over de nul die ze haalden voor een repetitie, omdat ze “toch niks hadden gedaan”. Thierry Baudet is een dolle aap.
Wierd Duk
Op zich doet het er niet toe, of ik het eens ben met Schimmelpennicks definitie van domheid of niet, of zijn boek echt over domheid of desinformatie gaat. De Domheid Regeert is uiteindelijk een zeer leesbare en overzichtelijke beschrijving, een lexicon bijna, van de methodes van Domrechts. Het gaslighten, het dwangmatige jijbakken, het omdraaien en verdraaien van alles, het overspoelen van de media met blakende nonsens, met de sociale media als middel om een schijnwerkelijkheid te creëren die – Hannah Arendt schreef het als eerste – een zeer vruchtbare voedingsbodem is voor het fascisme. Schimmelpenninck vallen vaak dezelfde dingen op als mij en we ergeren ons ook aan dezelfde dingen.
En het fijne is dat Schimmelpenninck man en paard noemt. Daarover uiteraard ook weer gezeik van NRC, want dat is “op de man spelen”, maar Wierd Duk is nou eenmaal het alomtegenwoordige boegbeeld van Domrechts, meer dan Wilders, zou ik zeggen, en de aanjager van zowat elke hetze tegen alles wat fascisten als een existentieel gevaar zien, of het nou om multiculturaliteit gaat, universiteiten, de LHBTI-gemeenschap, trans mensen, vluchtelingenopvang, moslims, vrouwenrechten, seksuele voorlichting: als er weer mensen het land uit moeten vluchten of een tijdje moeten onderduiken is het meestal begonnen met Weird Duk, vaker dan Wilders.
Is gewoon zo, moet je niet van wegkijken. Je schrijft toch ook geen boek over Nederland in de Tweede Wereldoorlog zonder Max Blokzijl te noemen?
Gekke man
Schimmelpenninck draagt ook oplossingen aan: regulering van sociale media, aandacht voor mediamisleiding en politieke charlatanerie op school, dus heel constructief ook. Problemen benoemen, oplossingen aandragen. NRC zeikt dat het allemaal niet nieuw is, maar is dat dan waarom het jouw aandacht niet heeft, NRC? Waarom je Jan Roos en een racistische loser met een Sylvana Simons Uitzwaaipagina zoveel aandacht geeft en met man en macht Frans Wijers hebt weggewerkt als informateur, om te voorkomen dat er een kabinet met GroenLinks/PvdA komt?
Hij berijdt een paar vaste stokpaardjes van ‘m: zijn focus op de sociale media als de oorzaak van alle ellende en het feit dat Nederlanders teveel vrije tijd hebben. Hij heeft een punt: ‘De gekke man aan de bar van het lokale café was slechts die gekke man aan de bar van het lokale café, maar nu weet hij alle andere gekke mannen aan alle andere bars te vinden via sociale media.’ De mobilisatiekracht van Twitter en Facebook is enorm, maar dat geldt ook voor progressieve vredesbewegingen, aandacht voor traditioneel onderbelichte brandhaarden zoals Soedan, liefhebbers van de films van Seijun Suzuki. Ondanks alles hou ik nog steeds van sociale media. Het is niet alleen maar kut.
Geluk gehad
Daarnaast: domheid was er altijd al, het was altijd al een brede volksbeweging en het begon niet met afzonderlijke gekke mannen aan barren, maar in de huiskamers, op de werkvloeren. Nederlandse kringverjaardagen zijn altijd minstens zo’n krachtige factor geweest als nu Twitter en Facebook. Het geklaag over uitkeringstrekkers en buitenlanders, “bruinen” – toen Marokkanen en Turken nog zeldzaam waren, had iedereen het over “Surinamers”, waarmee niet per se mensen uit Suriname werd bedoeld, Molukkers moesten ze “allemaal op een rijtje zetten” enzovoort.
Ik ben van nederige afkomst en iedereen om me heen was dom, racistisch, seksistisch, extreem anti-intellectueel. Ik heb het enorme geluk gehad dat 1) mijn vader, ondanks dat-ie zichzelf een “heiden” noemde, erop stond dat ik naar een christelijke school ging en 2) dat de witte kinderen me niet moesten en ik alleen werd geaccepteerd door de Turkse jongen in mijn klas en later, op de middelbare school, door een Indo. In mijn straat woonde een Surinaamse jongen met wie ik veel omging en het was zijn moeder, en later de moeder van mijn Indische beste vriend, die me vertelden over kolonisatie en het daarmee verbonden racisme, maar ook gewoon over Suriname en Indonesië. Daar is mijn belangstelling voor de wereld buiten Europa door aangewakkerd.
Was ik anders ook dom geweest? Ik weet het niet. Mijn leeshonger was altijd al enorm en die lijkt aangeboren, en anders was het de bijbel waar het mee begon. Die christelijke school dus. Lezen is de wereld leren begrijpen en ontsnappen aan de grauwe werkelijkheid om je heen, bovendien.
Angst voor intellectualisme
Schimmelpennick heeft het over de cultivering van de domheid, maar lijkt die als zorgvuldig uitgestippeld beleid te zien. Ik zeg u: de cultivering van de domheid is een cultuur en komt voort uit een diepgewortelde angst voor het geringste intellectualisme en voor mensen “die zich beter als mij voelen”. Het is mijn cultuur, de cultuur waarin ik ben opgegroeid. Mijn ouders namen me als kind apart om me te waarschuwen dat ze iemand kenden die ook zoveel las als ik en uiteindelijk gek geworden is. Diezelfde weerzin tegen intellectuele ontwikkeling zag ik bij anderen thuis. Ouders die hun slecht presterende kinderen geruststelden dat een diploma maar een papiertje is, iemands oudere broer die zijn studerende zus verweet te parasiteren op belasting betalende Nederlanders. Mijn moeders mond viel open toen ik, na het behalen van mijn schooldiploma – waar mijn ouders niet bij aanwezig waren – zei dat ik nu ging studeren. “Wanneer ga je eindelijk eens aan het werk?” Twee troglodieten die me bedreigden in de trein, omdat ik daar Don Quichote zat te lezen.
Het is niet zo dat je gedoemd bent anti-intellectueel te zijn als je geboren wordt in de sociale onderklasse. Mijn geliefde en haar zussen en broers werden door hun laagopgeleide ouders – migranten uit Marokko – aangespoord om te leren en te studeren, alle kansen te pakken die ze kregen, en hun nederige afkomst te ontstijgen. Aan dat typisch Nederlandse gelabbekak van ouders dat “als je ze dwingt te lezen, gaat het ze tegenstaan” hadden haar ouders klaarblijkelijk geen boodschap.
Ik ben daar jaloers op, geen verantwoording af te hoeven leggen waarom je leest, maar juist een standje krijgen als je niet leest.

Is het Vrije Woord u écht lief? Steun me dan met een financiële bijdrage. Doneer aan de enige dwarsdenkende, onafhankelijke (maar echt) site van Nederland. Rekeningnummer NL24 ASNB 8832 6749 39 (N.P. Breedveld, ASBN Rijswijk), BIC ASNB NL21.
boeken, Peter Breedveld, 28.11.2025 @ 10:53





RSS